
1. Doel van dit materiaal
Dit materiaal helpt cursisten om buiten het klaslokaal actief Nederlands te oefenen. Elke activiteit gebeurt in een herkenbare situatie, zoals een winkel, bushalte, bibliotheek, zwembad of in de wijk. De cursist oefent woorden, korte zinnen en kleine handelingen die belangrijk zijn voor het dagelijks leven en voor werk.
De opdrachten zijn kort, duidelijk en veilig. Ze passen bij niveau op weg naar A1 en zijn geschikt voor cursisten die weinig ervaring hebben met oefenen buiten de les. Elke activiteit kan alleen worden gedaan of samen met een klasgenoot.
2. Wat leert de cursist
Het doel is dat de cursist
• meer durft te praten
• beter begrijpt wat mensen zeggen
• woorden herkent in de omgeving
• kleine taken in het Nederlands kan uitvoeren
• stappen zet richting leven, leren en werken in Nederland
3. Hoe het werkt
Elke activiteit heeft dezelfde vaste opbouw. Daardoor weet de cursist precies wat hij moet doen en weet de docent precies hoe hij kan begeleiden.
Vaste opbouw per activiteit
Titel van de activiteit
Een korte en duidelijke naam.Situatie
Korte uitleg van de plek. De cursist weet meteen waar hij moet zijn.Doel
Wat de cursist leert. Altijd gekoppeld aan spreken, luisteren, lezen of een kleine taak.Wat ga je doen
Eén of twee zinnen die de opdracht samenvatten.Taal die je oefent
Voorbeelden van eenvoudige woorden en zinnen. De docent oefent dit vooraf in de les.Materiaal
Wat de cursist nodig heeft. Meestal telefoon of pen en papier.Stappenplan
Vier tot zes eenvoudige stappen. Elke stap begint met een werkwoord.Veiligheid en aandachtspunten
Duidelijke aanwijzingen, zoals geen foto’s van mensen, let op verkeer, spreek beleefd.Reflectievraag
Korte terugblik. Dit helpt bij zelfvertrouwen en bewust leren.Extra uitdaging
Kleine uitbreiding voor cursisten die meer aankunnen.Foto opdracht
Eén foto, soms twee foto’s. Nooit mensen op de foto. Alleen plekken, dingen, borden of labels.
4. Feedbackformulier en portfolio
Na elke activiteit vult de cursist een kort feedbackformulier in voor het portfolio. Hiermee laat de cursist zien wat hij al kan en wat hij nog wil leren.
Stap 1
De cursist kiest één icoon
• Dat kan ik met gemak
• Dat kan ik met moeite
• Dat kan ik nog niet
• Dat wil ik leren
Stap 2
De cursist vult drie korte onderdelen in
• Wat ging goed
• Wat was moeilijk
• Mijn volgende stap
De docent bewaart het formulier in het portfolio van de cursist.
5. Rol van de docent
De docent begeleidt het proces voor, tijdens en na de activiteit.
Voor de activiteit
• Kies een kaart die past bij de groep en de week
• Oefen de woorden en zinnen klassikaal
• Leg de stappen rustig uit en doe een korte demo
• Herhaal de veiligheidsregels
• Spreek af wanneer de cursist de activiteit doet en hoe hij terugkoppelt
Tijdens de activiteit
• Laat cursisten bij voorkeur in tweetallen werken als dat nodig is
• Zorg dat cursisten weten bij wie ze terecht kunnen bij vragen
• Houd het eenvoudig en veilig, geen stress en geen haast
Na de activiteit
• Bekijk samen de foto’s en notities
• Bespreek de reflectievraag mondeling
• Laat cursisten het feedbackformulier invullen
• Verzamel alles in het portfolio
6. Veiligheidsregels die altijd gelden
Deze regels gelden bij alle kaarten
• Maak geen foto’s van mensen
• Let op verkeer en drukte
• Houd tas en telefoon veilig
• Spreek rustig en beleefd
• Vraag alleen hulp aan medewerkers die tijd hebben
• Maak opdrachten op een veilige plek en op een rustig moment
7. Differentiatie in de les
Gebruik de kaarten op drie niveaus in dezelfde groep.
Basis
Cursist doet alleen het stappenplan en één foto.
Plus
Cursist doet ook de reflectievraag uitgebreider en schrijft één extra zin.
Extra uitdaging
Cursist doet ook de extra opdracht en presenteert kort in de les.
8. Werkbladen in dit materiaal
De werkbladen zijn de kaarten met activiteiten, bijvoorbeeld
• Winkelcentrum, producten zoeken, kleding passen, klantenservice, bestellen, prijzen vergelijken
• Bibliotheek, rondleiding, lid worden, boek zoeken, leeshoek, computer gebruiken, afspraak maken, activiteitenbord
• Zwembad, informatie vragen, tijden lezen, regels bespreken, woorden leren, ticket kopen
• Openbaar vervoer, route plannen, inchecken, dienstregeling, vragen aan medewerker, reizen naar andere halte, overstappen
• Museum en restaurant, kijken, woorden kiezen, regels lezen, vragen stellen, menu lezen, bestellen, afrekenen
• Wijk, fotozoektocht, weg vragen, borden lezen, nieuwe woorden verzamelen, afval scheiden, vergelijken, mini rondleiding
9. Sjabloon voor een nieuwe kaart
Gebruik dit sjabloon als je zelf kaarten wilt toevoegen.
Titel
Situatie
Doel
Wat ga je doen
Taal die je oefent
Materiaal
Stappenplan
1
2
3
4
5
Veiligheid en aandachtspunten
Reflectievraag
Foto opdracht
Extra uitdaging

10. Feedbackformulier
Naam cursist
Datum
Activiteit
Hoe ging het, kies één vakje
Dat kan ik met gemak
Dat kan ik met moeite
Dat kan ik nog niet
Dat wil ik leren
Wat ging goed, schrijf één korte zin
Wat was moeilijk, schrijf één korte zin
Mijn volgende stap, wat wil jij oefenen